Opvolger van de Warmtewet: de Wet collectieve warmtevoorzieningen

De Minister van Economische Zaken en Klimaat heeft in 2020 de internetconsultatie gestart van de beoogde opvolger van de Warmtewet, de Wet collectieve warmtevoorziening (veelal genoemd de “Warmtewet 2”).

Waar de huidige Warmtewet met name ziet op consumentenbescherming, herziet de Warmtewet 2 deze regels gedeeltelijk en streeft deze wet andere en meer doelen na dan de huidige Warmtewet. Met de Warmtewet 2 tracht de Minister in het bijzonder om uitvoering te geven aan de afspraken die zijn gemaakt in het Klimaatakkoord (28 juni 2019).

Voor de toepasselijkheid van de Warmtewet 2 wordt onderscheid gemaakt tussen warmtebedrijven op basis van de schaal waarop en hoedanigheid waarin warmte wordt geleverd. Eén van de nieuwe categorieën betreft de warmtelevering door verhuurders of een vereniging van eigenaars (VvE).

Verplichtingen omtrent facturering en meetverplichtingen zijn van toepassing op de levering van warmte door een verhuurder of VvE. Verhuurders en VvE’s moeten hun activiteiten melden bij burgemeester en wethouder, die kunnen bepalen dat een ontheffing van het warmteleveringsverbod zonder aanwijzing vereist is. Een ontheffing, voor minimaal 20 en maximaal 30 jaar, kan ook op aanvraag van een verhuurder of VvE worden verleend. Voor de doorlevering van warmte door een verhuurder of VvE zijn regels omtrent tariefregulering door de ACM van overeenkomstige toepassing verklaard. Nog onvoldoende duidelijk is of de Warmtewet 2, anders dan de huidige Warmtewet, wel goed aansluit op het huurrecht.