Vraag en antwoord: overlast door reparatie

Vraag: Heeft een huurder die overlast ondervindt van reparatiewerkzaamheden recht op een financiële compensatie of op een wisselwoning?

Antwoord:
In de wet is opgenomen dat een huurder moet toestaan dat zijn verhuurder dringende werkzaamheden uitvoert aan de woning. Dringende werkzaamheden zijn werkzaamheden die niet zonder nadeel uitgesteld kunnen worden. Vaak zal het gaan om reparaties of noodzakelijk onderhoud. Denk bijvoorbeeld aan het herstellen van een lekkage of het brandveilig maken van een pand. De huurder moet aan dit soort werkzaamheden dus zijn medewerking verlenen. Het is niet moeilijk voor te stellen dat een huurder hier overlast van kan ondervinden. Er komen werklieden over de vloer, er is veel lawaai of voorzieningen kunnen tijdelijk niet worden gebruikt. Het kan zelfs zo zijn dat de woning in z’n geheel even niet bewoond kan worden.

Een verhuurder moet hier rekening houden. Hij zal tegemoet moeten komen aan het eventueel ongemak dat een huurder zal hebben van het verrichten van de werkzaamheden. Op welke manier hij dat moet doen, hangt van de feitelijke situatie af. En soms ook van de specifieke situatie van de huurder. Zo kunnen er allerlei praktische maatregelen genomen worden om de overlast te beperken. Zoals het verzorgen van tijdelijke voorzieningen voor toilet, douche en/of keuken. Of het zoveel mogelijk afschermen van de inboedel of het tijdelijk opslaan van goederen. Ook kan de overlast door het bundelen van werkzaamheden of door het inplannen van werkzaamheden op bepaalde tijdstippen verminderd worden.

Als een woning als gevolg van de werkzaamheden geheel niet kan worden bewoond, dan is het redelijk dat er over die periode geen huur in rekening wordt gebracht. De huurder heeft immers ook geen huurgenot. Als slechts een gedeelte van de woning niet te gebruiken is, dan zal een vermindering van de huurprijs kunnen volstaan. De verhuurder is echter niet verplicht om de huurder vervangende woonruimte aan te bieden. De huurder zal zelf voor tijdelijk onderdak elders moeten zorgen. Ook een verhuiskostenvergoeding is niet aan de orde. Wel kan een verhuurder soms gehouden zijn eventuele meerkosten van een tijdelijk verblijf elders (bijvoorbeeld een hogere huur) te vergoeden.

Kortom, de verhuurder moet bij de uitvoering van reparaties en onderhoud zoveel mogelijk rekening houden met de overlast die dit voor de huurder meebrengt en zal de huurder zo nodig financieel moeten compenseren. En zoals zo vaak is communicatie in dit soort situaties essentieel.